Port of Amsterdam gaat voor behoud van biodiversiteit bij afnemende grondoppervlakte

 

Port of Amsterdam is het havengebied ten westen van Amsterdam. Het gebied is het grootste aaneengesloten bedrijventerrein van Nederland. Vijf procent van dit terrein is momenteel nog niet uitgegeven, dus onbebouwd. Deze terreinen zijn braakliggend en vallen in de regeling ‘tijdelijke natuur’. In het kort houdt deze regeling in dat er natuur op deze terreinen mag ontstaan, die volgens de wet ontruimd mag worden om ruimte te geven aan economische ontwikkeling. Door deze regeling is het niet meer nodig om natuur te weren op de braakliggende terreinen. In het verleden werden de terreinen natuurongeschikt gemaakt, om beschermde soorten geen kans te geven op de terreinen.

 

De uitdaging

Deze braakliggende terreinen worden steeds verder vol gebouwd. Na verloop van tijd zal er steeds minder oppervlakte beschikbaar zijn voor planten en dieren. Momenteel is het havengebied redelijk biodivers, de braakliggende terreinen herbergen een rijke flora en fauna. Soorten als veldleeuwerik, rugstreeppad, moeraswespenorchis en bijenorchis komen soms talrijk voor. Echter, doordat er zich steeds meer bedrijven vestigen in het havengebied, verdwijnen ook steeds meer braakliggende gronden. Het havenbedrijf heeft als ambitie om de biodiversiteit binnen het beheergebied niet achteruit te laten gaan. Het plan is om de bestaande groene structuren, zoals wegbermen, ecologisch interessanter te maken door middel van inrichtings- en beheermaatregelen. Hierdoor kan de totale biodiversiteit mogelijk gelijk blijven op een kleiner oppervlak. Zo kan ook de biodiversiteit van de groenstructuren verhoogd worden.

 

Oplossingen bedenken

Habitus heeft de opdracht gekregen om oplossingen te bedenken om de bestaande groene structuren te verbeteren en zo de biodiversiteit te verhogen. Habitus heeft, mede op basis van de IPC meetlat, een methode ontwikkeld om biodiversiteit te meten: de Quickscan biodiversiteit. Deze methode maakt inzichtelijk welke voorwaarden voor biodiversiteit aan- of afwezig zijn. Hoe meer voorwaarden, en hoe beter deze zijn ontwikkeld, hoe hoger de uiteindelijke score in de quickscan. Bijvoorbeeld: een grasland scoort hoger wanneer er dood hout aanwezig is, dan wanneer er geen dood hout aanwezig is.

Het uiteindelijke doel is om inrichtings- en beheermaatregelen te bieden voor de groenstructuren in het havengebied ter verhoging van de biodiversiteit. Het project is grofweg opgedeeld in drie delen: de inventarisatie-, de analyse- en de planfase. In de inventarisatiefase zal de quickscan biodiversiteit toegepast worden in het gebied. In totaal zijn ongeveer 30 meetpunten bepaald die willekeurig verspreid zijn over het havengebied. Per meetpunt worden de voorwaarden voor biodiversiteit gemeten. In de analysefase zullen de scores berekend worden. Ook zal inzichtelijk worden gemaakt welke maatregelen mogelijk zijn in het havengebied. In de planfase zullen er per type groenstructuur verschillende maatregelen bedacht worden om de biodiversiteit te verhogen. Deze maatregelen zullen gebaseerd zijn op het veldonderzoek, literatuur en interviews met de Vlinderstichting en EIS kenniscentrum. De bevindingen zullen gebundeld worden in een eindrapport.

 

Contact

De schrijver van dit artikel is vierdejaarsstudent ‘Landscape and environment management’ van de hogeschool Inholland, namelijk Pieter Belo. De opdracht wordt uitgevoerd als afstudeerproject. Neem voor meer informatie over de afstudeeropdracht contact op Benjamin Brandt. Voor meer informatie over een quickscan biodiversiteit kan je contact opnemen met Nick Kroese.

 

Foto: moeraswespenorchis op POA-terrein 07.5002